Location: Home > A_D > Cycloop 1963 - 1986 > Geschiedenis

Geschiedenis

Begindecember 1963 kreeg de "Friesland" de naam "Cycloop"(II), de reden van deze naamswijziging was dat de naam "Friesland" niet paste in de naamgeving van de nieuwe serie provincie boten en qua bouw ook thuis hoorde bij de "Titan" en de overige kust en haven slepers.

Door de verkoop van de 'oude' "Cycloop" (1953) kwam de naam "Cycloop" beschikbaar voor de "Friesland". De roepletters van de "Cycloop" werden PDML.

De "Cycloop" -ex "Friesland"- was op dat moment al werkzaam in Marsa El Brega.

De werkzaamheden voor de "Cycloop" waren divers in Marsa El Brega, assisteren van tankers bij het vastmaken op de Bow Mooring, onderhoud aan de betonning van Marsa El Brega. Schoonmaken schilderen noem maar op.

De "Cycloop" verleende op 17 april 1964 vanuit Marsa El Brega hulp aan de Nederlandse kustvaarder "Swallow"(1951 – 495 Brt.), die in de Middellandse Zee met machineschade kampte. De "Swallow" werd voor reparatie naar Marsa el Brega gesleept.

De "Cycloop" was tot half mei 1964 gestationeerd te Marsa el Brega - Libië voor duik-, onderhoud- en sleepwerkzaamheden.

Na afloop van haar werkzaamheden in Marsa El Brega - Libië, vertrok de "Cycloop" naar Malta.

Vanuit Malta vertrok de "Cycloop" op 17 mei 1964 naar Venetië - Italië.

De "Cycloop" vertrok op 21 mei 1964 met de zuiger "Renaissance" op sleeptouw vanuit Venetië, Italië, naar Gibraltar, waar de "Groningen" op 6 juni 1964 de  "Renaissance" overnam en verder naar Le Havre - Frankrijk, versleepte.

De "Cycloop" ging vanuit Gibraltar onderweg naar Cotonou - Dahomey om ingezet te worden bij het lichten van de gezonken cutterzuiger "Maracaibo" in de haven van Cotonou - Dahomey.

Sinds 13 juni 1964 is de "Cycloop" werkzaam te Cotonou bij het verwijderen van het wrak van de gezonken zuiger "Maracaibo" uit de haven aldaar.

De bemanning van de "Cycloop" is er half augustus 1964 in geslaagd het wrak van de gezonken zuiger "Maracaibo" in de haven van Cotonou drijvende te brengen en uit de haven te verwijderen. Vanuit Cotonou zette de "Cycloop" koers via Lagos - Nigeria naar Port Harcourt - Nigeria.

De "Cycloop" werd vanaf september 1964 ingezet bij de berging van de baggermolen "Beverwijk 10" op de Bonny-rivier in Nigeria.

Op 14 oktober 1964 vertrok de "Octopus" vanuit IJmuiden naar Nigeria om daar samen met de "Cycloop" in actie te komen bij het bergen van de gezonken baggermolen "Beverwijk 10" op de Bonny-rivier.

9 november 1964 arriveerde de "Octopus" te Takoradi, Ghana en vertrok vandaar uit naar Port Harcourt, Nigeria. En is begonnen met de berging van de baggermolen "Beverwijk 10".

Half november 1964 versleepte de "Cycloop" een baggermolen vanuit Port Harcourt – Nigera naar Lagos – Nigeria en was daarna weer betrokken bij de berging van de "Beverwijk 10" op de Bonny-rivier in Nigeria.

Begin december 1964 was de "Cycloop" ingezet bij het verslepen van de tender "Offshore 21" en het booreiland "Triton" in de kust wateren van Nigeria naar een nieuwe locatie.

En werd daarna weer ingezet bij de berging van de gezonken baggermolen "Beverwijk 10".

1965

Het bergingsteam slaagde er begin Januari 1965 in om de op stuurboordzijde liggende baggermolen "Beverwijk 10" te kantelen.

Nadat de gezonken baggermolen "Beverwijk 10" in de Bonny-rivier - Nigeria, op 4 januari 1965 was gekanteld en recht op de rivier bodem was geplaatst, slaagden de "Cycloop" en de "Octopus" er eind januari in om de baggermolen te lichten en ruim 2 km. te verplaatsen naar een ondiepe plek. Op l februari 1965 kon de molen drijvend worden gebracht en naar Port Harcourt worden gesleept.

Begin februari 1965 sleepte de "Cycloop" het booreiland "Delta I" vanuit de Bonny River naar zee. Half februari 1965 werd de "Beverwijk 10" vanuit Port Harcourt naar Lagos gesleept.

Eind februari werd door de "Cycloop" nog het booreiland "Kermac 46" versleep naar een nieuwe locatie.

Nadat de bemanning, eind februari begin maart 1965 per vliegtuig was afgelost, zette de "Cycloop" koers naar Europa.

Tijdens de thuisreis werd in de Golf van Biskaje de Zweedse Coaster "Silvia"(1955 – 490 Brt.) vastgemaakt.

Eind maart 1965 arriveerde de "Cycloop" in IJmuiden. Na het verslepen van "Hr. Ms. Pelikaan" vanuit IJmuiden naar Den Helder begin april 1965 wachtte een onderhoudsbeurt te Harlingen.

Na de dok beurt in Harlingen en na bevoorrading in IJmuiden vertrok de "Cycloop" op 5 mei 1965 vanuit IJmuiden naar Marsa el Brega – Libië.
De "Cycloop" gaat hier weer het werk uitvoeren in de haven en op de kust, dat ook tot voor een jaar geleden door haar en door de voormalige "Cycloop" werd gedaan.

Half mei 1965 begon voor de "Cycloop" bemanning weer het haven- en kustwerk bij de Esso-tankers, die te Marsa el Brega - Libië, de uit de Sahara gewonnen olie aan boord komen nemen.

De "Cycloop" Werkte van 25 tot 28 november 1965 mee aan het vlot brengen van de Duitse tanker "Esso Deutschland"(1963 – 54.440 Brt.) in de nabijheid van de haven van Marsa El Brega.

De "Cycloop" was van 12 tot 14 december 1965 betrokken hij het vlot brengen van de gestrande tanker "Esso Peru"(1958 – 29.139 Brt.), 4 mijl Noord Oost van Marsa El Brega.

Vanuit Marsa El Brega arriveerde de "Cycloop" eind juni 1966 in Malta voor een dok beurt.

De "Cycloop" vertrok eind juli 1967 naar Malta voor een dok beurt, terwijl de "Simson" het werk in Marsa El Brega waarnam. De "Cycloop" hervatte half augustus de werkzaamheden in Marsa El Brega.

2 maart 1968 vertrok de "Cycloop" vanuit Marsa El Brega - Libië, naar de havenplaats Derna - Libië. Waar tijdens een zware storm de Nederlandse Coaster "Anne Herfurth"(1961 – 499 Brt.) van de trossen was geslagen en in de haven aan de grond gelopen. Tijdens deze storm kwam de eerste stuurman om en werden de kapitein en de 2e wtk. Vermist. Ook de "Friesland" was vanuit Zueitina – Libië vertrokken naar Derna - Libië.

Eind oktober 1968 vertrok de "Cycloop" vanuit Marsa El Brega naar Malta voor een dok beurt.

Tot half september 1969 was de "Cycloop" werkzaam te Marsa El Brega – Libië.

Nadat de "Simson" het werk had overgenomen, zette de "Cycloop" koers naar Ras Lanuf, eveneens Libië, om daar gedurende enkele maanden werkzaam te zijn bij het installeren van een overslagboei.

In oktober 1969 was de "Cycloop", samen met de "Junior" en "Sepiola", werkzaam te Ras Lanuf – Libië voor het installeren van een overslagboei.
Begin november 1969 werd een belangrijke fase in dit werk afgesloten: alle acht verankeringen (Jackets en 32 palen) zaten in de zeebodem.

In november 1969 was de "Cycloop" nog werkzaam te Ras Lanuf – Libië, voor het installeren van een overslagboei en het trekken van een pijpleiding.

Op 22 februari 1970 werd het werk te Ras Lanuf – Libië, waar de "Cycloop" de laatste maanden werkzaam was voor het installeren van een overslag-boei, beëindigd en vertrok de "Cycloop" met een bak naar Taranto Italië, waar de "Cycloop" eind februari arriveerde. Vanuit Taranto Italië werd met de beladen bak koers gezet naar Porto Torres – Sardinië – Italië voor een volgend karwei.

Half maart 1970 leverde de "Cycloop" de bak beladen met materiaal voor het onderwater werk te Porto Torres – Sardinië – Italië af en zette vervolgens koers naar Perpignan – Frankrijk.

Te Perpignan – Frankrijk werd de zuiger "Iraq 1" vastgemaakt voor een sleepreis naar Vlaardingen.

07/06 - 08/06 Axel: Machineschade t.h.v. Texel. Naar IJmuiden gesleept.
 Rotterdam - Lagos: Verslepen van 2 veerpontons.
Op 15 april 1970 arriveerde de "Cycloop" met de zuiger "Iraq 1" bij de Nieuwe Waterweg.

Na aflevering van de zuiger "Iraq 1" werd koers gezet naar IJmuiden. Op 3 mijl van IJmuiden werd de "Aegir"(geen gegevens) die kampte met machineschade vast gemaakt en IJmuiden binnen gebracht.

Na een afwezigheid van bijna vijf jaar was de "Cycloop" weer in IJmuiden en werd in afwachting van een verbouwing en versterking van het vermogen ingezet bij de havendienst te IJmuiden.

Op 12 mei 1970 melde de "Baccarat"(geen gegevens) machineschade op 14 mijl ten Zuiden van Texel lichtschip. De "Cycloop" vertrok vanuit IJmuiden naar de positie van de "Baccarat" en maakte vast en versleepte de "Baccarat" naar IJmuiden.

7 juni 1970 melde de "Axel"(geen gegevens) machineschade ter hoogte van Texel.
De "Cycloop" vertrok vanuit IJmuiden naar de positie van de "Axel" en maakte vast en versleepte de "Axel" naar IJmuiden.

29 juli 1970 vertrok de "Cycloop" vanuit de IJmuidense haven naar de werf A. Vuyk & Zn., te Capelle a/d IJssel om verbouwd en van een tunnel voorzien te worden.

Begin oktober 1970 komt de Cycloop terug in IJmuiden als laatste in zijn klasse eveneens 2150 ipk sterk.

Met de terugkeer in IJmuiden, op 1 oktober 1970, vanaf de werf in Capelle aan de IJssel was het programma tot versterking van deze klasse sleepboten van Bureau Wijsmuller voltooid.

De "Cycloop" ging half oktober 1970 vanuit de IJmuidense haven naar Rotterdam voor een sleepreis met 2 veerpontons naar Lagos – Nigeria.

Na aflevering van de 2 veerponton in Lagos – Nigeria, half november 1970, zette de "Cycloop" koers naar de monding van de Focades rivier waar een patrouile boot van de Nigeriaanse marine de "Sapele", die kampte met machineschade, werd vastgemaakt en afgeleverd in Lagos – Nigeria.

Na aflevering van de "Sapele" in Lagos – Nigeria zette de "Cycloop" koers naar Dakar – Senegal.

Eind november 1970 vertrok de "Cycloop" vanuit Dakar – Senegal via de Azoren  naar New York – Verenigde Staten waar ze in de tweede helft van december een sleepreis naar Valencia – Spanje begon met de Liberty "Terry E.Stephenson"(1944 – 7216 Brt.).

In 1970 werd door de "Cycloop" in totaal 8.569 mijl slepend afgelegd.

1971

Begin januari 1971 maakte de "Groningen" de "Cycloop" vast, die door het breken van de sleepdraad, in zeer zwaar weer, en het overboord slaan van een nylontros een tros in de schroef had, en versleepte deze naar Freeport - Bahama's. Waar het transport op 8 januari 1971 arriveerde. Door het breken van de sleepdraad in zeer zwaar weer en het overboord slaan van een nylontros waarbij deze in de schroef kwam. Moest de "Groningen" de "Cycloop" naar Freeport – Bahama's slepen en nam de "Friesland" gedurende enige tijd de plaats van de "Cycloop" in.

Op 8 januari 1971 vertrok de "Cycloop" weer vanuit Freeport – Bahama's naar de positie van de "Friesland" en de "Terry E.Stephenson". De "Cycloop" nam de "Terry E.Stephenson" weer op sleeptouw en leverde deze op 5 februari 1971 in Valencia – Spanje af.

Nadat de "Cycloop" haar sleep had afgeleverd in Valencia – Spanje werd koers gezet naar Malta voor stations dienst.

Vanuit Malta werd de "Simson" afgelost in Marsa El Brega – Libië en na terug keer van de "Simson" in Marsa El Brega – Libië ging de "Cycloop" weer op station.

Op 18 maart 1971 ontstond aan boord van de tanker
Eind maart 1971 arriveerde de "Cycloop" samen met de "Utrecht" met de "Golden Arrow" op sleeptouw in de haven van Piraeus – Griekenland waar de "Golden Arrow" werd afgeleverd.

Aan boord van de tanker "Golden Arrow"(1959 – 22.941 Brt.) ontstond brand nadat zich op 10 maart 1971 een explosie had voorgedaan in de machinekamer waarbij 3 bemanningsleden omkwamen en 7 gewond raakten op 200 mijl ten Noorden van Marsa El Brega – Libië. De "Simson" was, vanuit Marsa El Brega – Libië, als eerste ter plaatse bij de "Golden Arrow" en verleende eerste hulp aan de gewonden en bracht deze evenals de doden naar de vaste wal.

OP 20 maart arriveerde de "Cycloop" bij de "Golden Arrow" en maakte deze vast. De volgende dag was ook de "Utrecht" bij de "Golden Arrow" en maakte ook vast op de "Golden Arrow".

Nadat de "Utrecht" had vastgemaakt werd de "Golden Arrow" naar Augusta – Sicilië koers gezet. Van de "Golden Arrow" was de machinekamer vrijwel geheel verwoest en van de opbouw waren de deuren, ramen en patrijspoorten weg geblazen of ontzet.

Op de rede van Magnisi Bay – Sicilië werd geweigerd om toestemming te geven om de "Golden Arrow" te lossen wegens explosie gevaar.

Uiteindelijk werd de "Golden Arrow" naar Piraeus - Griekenland gesleept om daar gelost te worden. Op 31 maart 1971 arriveerde het transport in Piraeus - Griekenland.

Na het afleveren van de "Golden Arrow" in Piraeus – Griekenland zette de "Cycloop" koers naar IJmuiden.

Begin april 1971 maakte de "Cycloop" samen met de "Utrecht" de Liberiaanse tanker "Phillips New York"(1961 – 14.077 Brt.) op 180 mijl van Taranto – Italië vast. De "Phillips New York" die onderweg was vanuit Piraeus – Griekenland naar Taranto – Italië liep op 180 mijl van Taranto – Italië machineschade op.

Op 5 april 1971 werd de "Phillips New York" door de "Cycloop" en de "Utrecht" afgeleverd in Taranto – Italië voor reparaties.

Vanuit Taranto – Italië werd de thuisreis naar IJmuiden voortgezet waar de "Cycloop" op 16 april 1971 arriveerde.

Op 21 april 1971 vertrok de "Cycloop" vanuit Vlaardingen met drie bakken op sleeptouw, bestemd voor Port Harcourt – Nigeria.

Na aflevering van haar sleep in  Port Harcourt – Nigeria zette de "Cycloop" weer koers naar IJmuiden waar ze begin juni 1971 arriveerde.

In de tweede helft van juni 1971 werd de baggermolen "Holland 1" vanuit Terneuzen naar Delfzijl versleept door de "Cycloop".
En tussen 28 juni 1971 en 2 juli 1971 werd de baggermolen "Gouda" vanuit Vlaardingen naar Willemshaven – Duitsland versleept door de "Cycloop".

Vanaf  3 juli 1971 tot 8 juli 1971 was de  "Cycloop"  werkzaam bij het booreiland "Gulftide" op de  positie 56 – 31 Noord en 03 – 13 Oost op de Noordzee.

De "Cycloop" vertrekt op 30 juli 1971 vanuit Rotterdam met de pontons "Obele Island" en de "Andoni Island" naar Las Palmas – Gran Canaria – Spanje. Waar het transport op 14 augustus 1971 arriveert.

In Las Palmas – Gran Canaria - Spanje, worden de "Obele Island" en de "Andoni Island" door de "Groningen" overgenomen van "Cycloop" met bestemming Port Harcourt - Nigeria.

Het Duitse vrachtschip "Braunfels"(1952 – 6.977 Brt.) verzoekt op 18 augustus 1971 om sleepboot assistentie wegen machine problemen op de positie 43.41 Noord en 8.26 West.

De "Cycloop", onderweg vanuit Las Palmas - Gran Canaria - Spanje naar IJmuiden maakt de "Braunfels" vast en brengt deze op 19 augustus binnen in Coruña - Spanje.

De "Cycloop" en de "Titan" maken op 8 november 1971 het Noorse vrachtschip "Briseis"(1957 – 4.436 Brt.) op 22 mijl Noord-West van IJmuiden met machine problemen vast en slepen de "Briseis" naar IJmuiden.

1972

Het Cypriotisch vrachtschip "Captain Pantelis"(1948 -5.440 Brt.) kampt met machine problemen ter hoogte van de Steenbank op de Noordzee. De "Cycloop" maakt de "Captain Pantelis" vast en sleept haar naar Vlissingen waar het transport op 6 januari 1972 arriveert.

Op 22 maart 1972 weten de "Cycloop" en de "Titan" het bij een aanvaring zwaar beschadigde Spaanse vrachtschip "Benimusa"(1971 – 1.198 Brt.) IJmuiden binnen te slepen. De "Benimusa" had op 21 maart 1972 een aanvaring met het Braziliaanse vrachtschip "Itaquice"(1969 – 10844 Brt.).

Omstreeks 9 oktober 1972 maakt de "Cycloop" een sleepreis vanuit Nederland naar Engeland met een baggermolen of een ponton.

De "Cycloop" arriveert op 24 november 1972 bij de zuiger "Foremost Adventure", die op 20 november 1972 door de "Krab" was vlot gebracht, op de Shetland Eilanden en sleept deze naar Lerwick - Engeland.

De Nederlandse kusttanker "Dutch Engineer"(1964 – 499 Brt.) krijgt op 1 december 1972 machine problemen op 2 mijl Noord van Gloss Sands - Engeland, en wordt door de "Cycloop" vast gemaakt en naar Rotterdam gesleept waar de "Cycloop" op 2 december 1972 met de "Dutch Engineer" op sleeptouw arriveert.

De Engelse tanker "Teesfield"(1959 – 12.146 Brt.) loopt in de haven van IJmuiden een lek op. Er wordt door de "Cycloop","Nestor" en "Stentor" assistentie verleend aan de "Teesfield".

1973

De sleepboot "Turbulent"(geen gegevens) meld op 20 mei 1973 ter hoogte van Texel machine problemen. De "Cycloop" maakt de "Turbulent" vast en sleept deze nog dezelfde dag naar IJmuiden.

Aan boord van de Italiaanse tanker "Cielo Azzurro"(1958 – 12.656 Brt.)brak op 8 september 1973 voor de kust van IJmuiden brand uit in de machinekamer, deze brand breide zich geleidelijk uit naar andere delen van het schip. De "Cielo Azzurro" was leeg onderweg naar Amsterdam. De "Cycloop", "Titan", "Nestor" en "Stentor" voeren uit ter assistentie. Na dertig uur was men de brand meester en kon de "Cielo Azzurro" naar IJmuiden worden gesleept.

Het Engelse vrachtschip "Surreybrook"(1971 – 1.597 Brt.) krijgt op 19 oktober 1973 machineschade, op 22 mijl Noord-West van Texel en wordt door de "Cycloop" vastgemaakt en op 20 oktober binnengebracht in Amsterdam.

Op 24 november 1971 maakt de  "Cycloop" de "Jean E"(geen gegevens) ter hoogte van de Theemsmonding vast en levert deze op 26 november 1971 af in IJmuiden.

De tanker "Pacific Colcotronis"(1966 – 41.964 Brt.) krijgt op 15 december 1971 bij de brulboei van IJmuiden problemen met haar stuurmachine. De "Cycloop", "Titan", "Nestor" en "Stentor" maken de "Pacific Colcotronis" vast en brengen de "Pacific Colcotronis" in de haven.

26 december 1973 strandde op haar maidentrip de bulkcarrier "Elwood Mead"(1973 – 59.193 Brt.), geladen met erts, op de rotsen van Guernsey.

Wijsmuller krijgt een bergingscontract onder Lloyd's Open Form en begint aan de duurste berging ooit.

1974

In 1974 is de "Cycloop" actief bij de berging van de "Elwood Mead". Deze met 122.000 ton ijzererts geladen, onder Liberiaanse vlag varende, ertstanker was in december 1973 voor haar eerste reis vanuit Australië op weg naar Rotterdam om daar een deel van haar lading te lossen. In de kerstnacht liep het schip op de rotsen van het eiland Guernsey en werd driekwart van haar dubbele bodem opengereten. De "Elwood Mead" lag muurvast op de rotsen. Schip en lading vertegenwoordigden een waarde van 85 miljoen gulden (bijna 40 miljoen euro). De berging werd door de rederij van de "Elwood Mead", rederij United International Bulkcarriers gegund aan Wijsmuller en kon Bureau Wijsmuller aan het karwei beginnen. Bergingsploegen en -materiaal werden met twee vliegtuigen overgevlogen en ook de "Cycloop" ging, volgestouwd met materiaal, onderweg. Nadat de ruimen van de "Elwood Mead" zijn volgepompt met lucht probeerde de "Willem Barendsz" de "Elwood Mead" op 27 december 1973 vlot te trekken: het schip bewoog geen duimbreed. Het zou een zwaar karwei worden en dreigde zelfs te mislukken omdat een grote rotspiek, door de bodem heen, in het ruim stak.

Nadat een deel van de lading (25.000 ton) met water vermengd overboord was gepompt probeerde men het opnieuw. De inmiddels ter plaatse aanwezige "Jacob van Heemskerk", "Gelderland", "Utrecht", "Willem Barendsz" en "Cycloop", - alles bij elkaar zo'n slordige 23.000 pk – trokken de "Elwood Mead" op 24 februari 1974 vlot en werd de "Elwood Mead" naar Rotterdam gesleept om de nog resterende 100.000 ton ijzererts te lossen. Deze bergingsklus werd één van de duurste en omvangrijkste in de bergings geschiedenis tot op dat moment.

8 maart 1974 vertrekt de "Cycloop" vanuit Rotterdam naar IJmuiden.

Het Indonesische vrachtschip "Djati Barang"(1960 – 9.449 Brt.) krijgt 19 april 1974 op 3,5 mijl van de pieren van IJmuiden problemen met de voortstuwing. De "Cycloop" en de "Titan" maken vast en slepen de "Djati Barang" IJmuiden binnen.

De "Cycloop" sleept vanuit de Bermuda Eilanden het Japanse motorschip "Satsu Maru 58" naar Falmouth – Engeland waar de "Satsu Maru 58" door de "Utrecht" wordt overgenomen en afgeleverd te Drontheim - Noorwegen.

30 juni 1974 loopt het Amerikaanse fregat "Julius A. Furer" op volle kracht varende op 5 mijl West van Den Helder aan de grond. De "Cycloop" en de "Titan" ondernemen een eerste poging om de "Julius A. Furer" vlot te brengen.
De "Utrecht" op dat moment in het zuidelijke deel van het Engels Kanaal en de "Willem Barendsz" die onderweg was naar IJmuiden worden ook naar de strandings plaats van de "Julius A. Furer" gedirigeerd. Uiteindelijk wordt de "Julius A. Furer" door de "Cycloop", "Titan", "Willem Barendsz" en "Utrecht" op 1 juli 1974 vlot gebracht. Het bergingsloon bedraagt, na arbitrage, $ 175.000.

De "Cycloop" passeert op 11 juli 1974 Peters Head – Engeland onderweg naar IJmuiden.

7 september 1974 zet de "Cycloop" koers naar de in nood verkerende Griekse erts carrier "Tees Ore"(1960 – 8.210 Brt.)tijdens windkracht 10 tot 11 in het Engels Kanaal. De "Cycloop" werd tijdens de tocht naar de "Tees Ore" beschadigd door enkele zware stortzeeën, waardoor de stuurhut schade opliep. De "Cycloop" moest eerst naar Land's End voor medische hulp voor enkele opvarenden voordat men weer koers kon zetten naar de "Tees Ore".

Toch slaagde de "Cycloop" er later in om de "Tees Ore" vast te maken en naar Falmouth - Engeland te slepen, aankomst op 10 september 1974 10.00 uur locale tijd.

De "Gena"(geen gegevens) verzoekt wegens machine-schade om assistentie op 30 november 1974 ter hoogte van IJmuiden. De "Cycloop" maakt de "Gena" vast en brengt deze IJmuiden binnen.

15 december verleende de "Cycloop" assistentie aan de Nederlandse coaster "Venus"(1957 – 500 Brt.) die op 20 mijl Noord-West van het lichtschip "Texel" om assistentie verzoekt. Op 16 december arriveerde de "Cycloop" met de "Venus" op sleeptouw op de Nieuwe Waterweg.

Op 19 december 1974 vond er, varend op de Noordzee, een explosie plaats in de machinekamer van de onder Panamese vlag varende "Parimar", de voormalige Nederlandse kustvaarder "Kistens Smits" (1961 – 500 Brt.). Na de explosie ontstaat er brand in de machinekamer. Door de explosie kwamen 3 bemanningleden om het leven.
De "Parimar" wordt op 20 december 1974 bij Scheveningen aan de grond gezet. Op 28 december wordt de "Parimar" na een week hard werken door de "Cycloop", "Utrecht" en "Titan" vlot gebracht en vervolgens door de "Cycloop" afgeleverd bij Scheepsbouw werf v/h de Groot & van Vliet B.V., te Slikkerveer.

1975

De "Cycloop" versleept 2 bakken vanuit IJmuiden naar Lulea – Zweden.
Na terugkomst in IJmuiden worden er wederom 2 bakken vastgemaakt en versleept naar Lulea – Zweden.

De ponton "G.W. 183" wordt versleept vanuit Rotterdam naar Sunderland – Engeland.

De ponton "Stinger" werd versleept van Rotterdam naar Peterhead – Engeland.

De "Cycloop" bracht op 29 september 1975 de Nederlandse coaster "Venus"(1957 – 500 Brt.) op basis Lloyd's Open Form, de haven van IJmuiden binnen. De "Venus" dreef vanaf 28 september 1975 op 40 mijl Noord-West van Texel rond met machineschade.

De ponton "Stinger" werd vanuit Amsterdam versleept naar Bergen – Noorwegen.

6 Oktober 1975 kwam op 8 mijl Noord van Ameland de Nederlandse kuster "Twebro"(1964 – 400 Brt.) door machineschade in problemen. De "Cycloop" wist in de nacht van 6 op 7 oktober 1975 vast te maken en de "Twebro" Den Helder binnen te slepen.

1976

2 januari 1976 maakten de "Stentor", "Hector" en "Cycloop" vast op de voor
de Hoogovens bestemde Italiaanse ertstanker "Brasilia"(1972 – 72.350 Brt.).
De weersomstandigheden waren toen zeer slecht, er stond een Zuid-Wester storm
met windstoten uitlopend van 8 tot 11.
Omstreeks half acht raakte de voorsteven van de ""Brasilia" vast op het forteiland. Tezamen met de inmiddels opgeroepen "Titan" kregen de slepers daarna opdracht van de loods de "Brasilia" op te houden in de wind.
Alle zeilen moesten worden bij gezet om deze taak naar behoren uit te voeren.
Voor de voorloper van de "Stentor" werd dit te veel, deze brak omstreeks kwart voor negen in de kluis van de "Brasilia" en raakte verward in de schroef van de "Stentor". Pogingen om met behulp van de kaapstander de tros uit de schroef te krijgen mislukten.
Snel drifte de "Stentor" richting Noorderpier, waar zij dan ook binnen de kortste keren op enkele meters afstand aan de grond liep.
De reddingsboot voer dadelijk uit om eventueel bijstand te verlenen.
Reeds eerder werd de hulp van drie Goedkoop sleepboten in geroepen om het aantal
pk's bij de "Brasilia" te vergroten.
Alvorens vast te maken op de "Brasilia" stoomde de "Goedkoop 4 (Henriette S.M.)" naar de "Stentor" om deze uit haar benarde positie te bevrijden, waarin zij binnen zeer korte tijd slaagde. Hierna werd met behulp van een andere Goedkoop sleepboot de "Stentor" naar de B.W. steiger gesleept.

Vijf slepers, drie van Wijsmuller en twee van Goedkoop, trachtten hierna te voorkomen dat het achterschip van "Brasilia" door de zware zuidwesterstorm met windkracht elf tegen de Noorderpier zou worden aangedrukt.
De volgende morgen zou bij hoogwater (04.44) getracht worden de "Brasilia" vlot te trekken. In eerste instantie zag het er niet naar uit dat de poging zou slagen, maar om 07.50 uur kwam de Italiaan, enigszins onverwacht toch nog vlot.
In de nog steeds voortdurende storm werd de "Brasilia" aan de Hoogovenkade afgemeerd, waarna eerst met drie, en later met twee slepers tot en met de volgende morgen stand-by - diensten werden verleend.

3 januari 1976 verleende de "Cycloop" assistentie aan de Nederlandse coaster "Roerdomp"(1957 – 350 Brt.) die op 16 mijl West van IJmuiden in de problemen kwam. De "Roerdomp" werd door de "Cycloop" geëscorteerd naar IJmuiden.

Ook werd op 3 januari 1976 door de "Cycloop" hulp verleend aan het Roemeense vrachtschip "Baia Mare"(1965 – 3.090 Brt.) die op de Noordzee in de problemen kwam. De "Cycloop" nam de "Baia Mare" op sleeptouw totdat het weer verbeterde waarna de "Baia Mare" op eigen kracht de reis naar Rotterdam vervolgde.

Vanaf 20 januari 1976 escorteerde de "Cycloop" gedurende 2 1/2 dag het Ro-Ro vrachtschip "Duke Of Holland"(1969 – 758 Brt.) die kampte met machine problemen ter hoogte van Smith Knoll - Engeland naar Great Yarmouth - Engeland waar de "Duke Of Holland" op 22 januari 1976 binnenliep .

De Zuiger "Ardea" werd door de "Cycloop" versleept vanuit Delfzijl naar IJmuiden.

Van 20 maart 1976 tot 23 maart 1976 waren de "Titan", "Cycloop", "Nestor" en "Krab" betrokken bij de berging van de "Tor Anglia"(1966 – 7.338 Brt.) die in de sluis van IJmuiden lek was geraakt en snel daarna slagzij begon te maken.

Verder werd op 20 maart 1976 bij de "Tor Anglia" nog assistentie verleend door drie sleepboten van Goedkoop en de Deense sleper "Mjolner".

Op 2 mei 1976 bracht de "Cycloop" het Braziliaanse vrachtschip "Tocantins"(1973 – 4.616 Brt.) de haven van IJmuiden binnen. De "Tocantins" lag ongeveer 35 mijl Noord-West van IJmuiden met machineschade ten anker.

Op 10 juni 1976 meld de coaster  "Saint Herblain"(1964 – 499 Brt.) machineschade ter hoogte van IJmuiden.  De "Cycloop" maakt de "Saint Herblain" vast en sleept deze naar IJmuiden.

De zuiger "Eendracht" werd begin juli 1976 door de "Cycloop" vanuit Ardrossan – Engeland versleept naar Rotterdam. Waar het transport op 9 juli 1976 arriveerde.

20 juli 1976 vertrok de  "Cycloop" vanuit IJmuiden naar Bantry Bay – Ierland waar de "Cycloop" op 22 juli 1976 arriveerde. Daar werd de stoomsleepboot "Holmvik" – later de Furie – vast gemaakt voor een sleepreis naar IJmuiden waar het transport op 25 juli 1976 arriveerde.

12 augustus 1976 verzoekt de coaster "Mariane V"(1955 – 422 Brt.) op de Noordzee om assistentie wegens machine problemen. De "Cycloop" maakt de "Mariane V" vast en brengt deze op 13 augustus 1976 binnen in IJmuiden.

Midden augustus 1976 werd de zuiger "Rotterdam" vanaf Vlissingen door de "Cycloop" naar Bremerhaven – Duitsland gesleept.

Begin september 1976 sleepte de "Cycloop" het vrachtschip "Aspen"(1975 – 2.999 Brt.) vanuit Rotterdam naar Amsterdam.

Eind september 1976 bracht de "Cycloop" de zuiger "Rotterdam" vanaf Bremerhaven – Duitsland weer terug naar Vlissingen.

De cutterzuiger "Eendracht" werd begin oktober 1976 door de "Cycloop" vanuit Vlaardingen naar Juist – Duitsland gesleept.

De "Cycloop" maakte op 5 november 1976 het jacht "My Way" vast, wat op 33 mijl Noord-West van IJmuiden in de problemen was gekomen, en versleepte de "My Way" nog diezelfde dag naar IJmuiden.

Op 15 november 1976 heeft de "Cycloop" de nabij Petten gestrande kotter "TX. 76 Carolijn Maria" vlotgetrokken, die daar op 7 oktober 1976 was gestrand doordat ze op de Noordzee een net in haar schroef kreeg. De "Cycloop" heeft de "TX. 76 Carolijn Maria" vervolgens naar IJmuiden versleept waar de "TX. 76 Carolijn Maria" werd afgeleverd.

1977

Begin februari 1977 versleept de "Cycloop" de beladen bak "LGE 1" vanuit Velsen naar Leith – Engeland.

Midden april 1977 heeft de "Cycloop" het met machineschade kampende vrachtschip "Klosterfelde"(1972 – 3.089 Brt.) van een positie t.h.v. Texel naar IJmuiden gesleept.

De zuiger "Haringvliet" wordt door de "Cycloop" versleept vanuit Amsterdam naar Büsum – Duitsland.

Begin juni 1977 heeft de "Cycloop" op de Noordzee het met machineschade kampende
coaster "Aril"(1961 – 498 Brt.) vastgemaakt en IJmuiden binnen gesleept.

15 juni 1977 wordt het motorjacht "Zulu Maid" vastgemaakt en te IJmuiden binnengesleept.
 
Gedurende de tweede helft van juni 1977 sleepte de "Cycloop" de baggermolen "Holland 19" en een splijtbak vanuit Rotterdam naar Shannon – Ierland.
Na aflevering van haar sleep zet de "Cycloop" koers naar Belfast – Noord Ierland om een dubbelsleep op te halen bestemd voor Antwerpen.

Mei 1977 vertrek de de "Cycloop" naar Casablanca – Marokko om daar havendiensten te gaan verrichten.

1978

In de periode na maart 1978 kwam er een einde aan het contract van de "Cycloop" in Casablanca – Marokko.
 
De "Cycloop" versleept, nadat contract in Casablanca – Marokko is beëindigt, 2 bakken vanuit Safi – Marokko naar St. Nazaire – Frankrijk.

Na beëindiging van het contract in Casablanca – Marokko komt de "Cycloop" medio mei 1978 weer in de havendienst in IJmuiden.

Na terugkeer in IJmuiden lag de "Cycloop" op verzoek van de bemanning als 4e boot voor een aantal dagen, want er brandde geen lichtje meer in de machinekamer en de bunkers zaten vol met water. De motoren liepen echt drama en er moet flink afgetapt worden.

Toch werd de "Cycloop" ingezet en tijdens het wachten tussen de pieren kwam de "Cycloop" zelfs met de "Nestor" in aanvaring, omdat het in de machinekamer echt hectisch was, werd de telegraaf niet goed begrepen. Nou ja niet veel schade wel een geknakt eegootje, al zei Bob Helemigh later dat het van hem ook niet zo slim was om met een krakkemikkige machinekamer te gaan spelevaren.
Later in de week kwam het weer helemaal goed en moest de "Cycloop" de "Titan" aflossen op Ameland. Daar lag de coaster "Ahoy"(1953 – 369 Brt.) hoog en droog op het strand.

23 mei 1978 vertrok de "Titan" naar Ameland voor berging van de coaster "Ahoy"(1953 – 369 Brt.) die daar was gestand. Op 28 mei 1978 vertrok de "Cycloop" ook naar Ameland en bij aankomst werd vastgemaakt op de "Titan" en gezamenlijk werd een poging ondernomen om de "Ahoy" vlot te brengen. Het lukte de "Ahoy" enkele graden te draaien en een paar meter richting zee te brengen. De "Titan" vertrok naar IJmuiden en de "Cycloop" bleef vaststaan op de "Ahoy". Eerst zou de "Ahoy" verder uitgegraven worden en daarna zou weer geprobeerd worden om haar vlot te slepen.

Op 6 juni 1978 lukt het de "Cycloop" om de "Ahoy" vlot te brengen. De "Ahoy" had weinig geleden van de stranding en kon op eigen kracht naar Delfzijl begeleid door de "Cycloop".

Vlaardingen - Büsum: Verslepen van zuiger Brabant.

In de tweede helft van 1978 vertrekt de "Cycloop" met de beladen ponton "Zeevang" vanuit Amsterdam naar Ardersier – Schotland.

Nadat de "Zeevang" gelost was in – Engeland, versleepte de "Cycloop"  de "Zeevang" weer naar Amsterdam.

Begin augustus 1978 heeft de "Cycloop" een kustreis uitgevoerd.

15 september 1978 vertrok de "Cycloop" vanuit Vlissingen met de Engelse kusttanker "Odabo"(1972 – 521 Brt.) op sleeptouw naar Norderham – Duitsland.

Vanuit Amsterdam vertrekt de "Cycloop" met de beladen ponton "Zeevang" naar – Engeland.

Nadat de "Zeevang" gelost was in – Engeland, versleepte de "Cycloop" de "Zeevang" weer naar Amsterdam.

Vanuit Büsum – Duitsland werd door de "Cycloop" de zuiger "Schelde" versleept naar IJmuiden.

Op 8 oktober 1978 verzocht het vrachtschip "Frank Pais"(1972 – 11.072 Brt.), wegens machineschade ter hoogte van Den Helder, om sleepboot assistentie.
De "Cycloop" vertrok vanuit IJmuiden naar de positie van de "Frank Pais" en versleepte deze naar IJmuiden.

Vanuit Amsterdam vertrekt de "Cycloop" met de beladen ponton "Zeevang" naar – Engeland.

Nadat de "Zeevang" gelost was in – Engeland, versleepte de "Cycloop" de "Zeevang" weer naar Amsterdam.

Vanuit IJmuiden maakt de "Cycloop" een sleepreis met een trawler naar  - Baltimore – Ierland.

Op 2 december 1978 strandde het vissersschip "HD 38 Pieter Senior" bij Vlieland. De "Cycloop" zet vanuit IJmuiden koers naar de "HD 38 Pieter Senior" maar deze werdt door de "Zeehond", "Pasaat" en "Noordvaarder" vlot gebracht.

1979

21 februari 1979 vertrok de "Cycloop" vanuit IJmuiden naar Rotterdam waar de ponton "VEM 1" geladen met materiaal voor baggerwerk werd vastgemaakt.
Donderdag 22 februari 1979 vertrok de "Cycloop" vanuit Rotterdam naar Cioggia - Italië, deze plaats ligt vlak naast Venetië - Italië.

Zondag 11 maart arriveerde de "Cycloop" in de haven van Gioggia – Italië en leverde de ponton "VEM 1" af . Hierna werd gebunkerd en 's avonds om 19.00 uur vertrok de "Cycloop" naar Marsa El Brega Libië.

Op zaterdag 17 maart arriveerde de "Cycloop" te Marsa El Brega, Libië.
En loste na aankomst in Marsa El Brega de "Simson" af.

De "Cycloop" wordt in 1979 ondergebracht bij de General Tugboat Company te Willemstad, Nederlandse Antillen, hetgeen een werkmaatschappij was van B.V. Bureau Wijsmuller.

Over de werkzaamheden van de "Cycloop" in Marsa El Brega – Libië het volgende stukje binnen gekomen:

Ik heb in de zomer van 1985 nog op de "Cycloop" (ex "Friesland") gewerkt als machinist. Hij lag toen al weer een hele tijd in Libië Marsa El Brega als reserve-sleepboot voor het geval dat een van de twee moderne havenslepers "Benghazi" (ex "Overijssel") of de "Bishr" (ex "Utrecht") onklaar zouden raken of voor de (twee?) jaarlijkse dokking naar Malta zouden moeten. Dat laatste was dus het geval in de zomer van 1985 en met veel kunst en vliegwerk werd de Cycloop weer een maand of twee ingezet. Na terugkomst van de "Bishr" ging de "Cycloop" toen weer in de mottenballen en ongeveer een keer in de week werd er een rondje op gemaakt om lekkages e.d. op te sporen.
In verband met de politieke (wan-) toestanden in die tijd en in die regio werd de "Cycloop" daar ook beschouwd als een soort reddingsboot om eventueel te kunnen vluchten naar Malta.

In 1986 werd de "Cycloop" verkocht aan Mira Towage Ltd. te Malta.
Deze maatschappij bracht de "Cycloop" in de vaart als "Zamtug I".

Begin 1988 werd de "Zamtug I" aangekocht door Telco Marine uit Heerhugowaard, die al enige tijd was opgelegd in de haven van Valletta - Malta.

Na een grondige opknapbeurt werd vanuit Valletta – Malta koers gezet naar Den Helder waar de "Zamtug" op 21 februari 1988 arriveerde. In Den Helder werd de "Zamtug" in "Telco Comander" herdoopt en kwam onder de Nederlandse vlag met Den Helder als thuishaven.

Nadat de "Telco Comander" in Den Helder verder was uitgerust vertrok ze naar Rupelmonde - België waar de spudponton "Lamme" werd vastgemaakt voor een sleepreis naar Saint Malo - Frankrijk.

De "Telco Comander" vertrok op 1 maart 1988 vanuit Antwerpen - België naar St. Malo - Frankrijk, met op sleeptouw de werkponton "Lamme" van Dredging Internationaal.

Na terugkeer in Den Helder kwam de volgende sleepreis, een mijnenveger vanuit Cork – Ierland naar een scheepsloperij in Gyon - Spanje.

8 april 1988 arriveerde de "Telco Comander" in IJmuiden om te dokken wegens schroefschade.

12 April 1988 vertrok de "Telco Comander" met de heiponton "Tubarao" op sleeptouw vanuit Amsterdam, in opdracht van de Hollandse Beton & Waterbouw B.V., naar Lissabon - Portugal.

In de tweede helft van 1988 versleepte de "Telco Comander" het Russische visserij-moederschip "Mamin Sibirvak" vanuit Vlissingen naar Aliago - Turkije waar de "Mamin Sibirvak" werd afgeleverd bij de sloopwerf.

In oktober 1989 werd de "Telco Comander" omgevlagd naar Jamaica met als geregistreerd thuishaven Kingston - Engelse vlag.

Lang heeft de "Telco Comander" niet gevaren onder deze vlag voor het bedrijf. In 1990 werd de "Telco Comander" verkocht.
 
Nieuwe eigenaar werd Germanische Offshore & Schlepp Services. Onder de vlag van St. Vincent kwam de "Telco Comander" in de vaart als "Goss I".
Ook voor deze maatschappij heeft de "Goss I" niet lang dienst gedaan. Zij zonk door onbekende oorzaak op 5 september 1991 in de Golf van Biskaje, op de positie: 44.51 Noor en 07.47 West.