De motoren van de Gelderland.


Werkspoor dacht met deze motoren een hele goede slag te slaan op de kleinere schepen. Het was een twee takt met een groot vermogen per m2 oppervlak Bovendien waren er verschillende componenten zoals de zuigers van een lichter metaal gemaakt als normaal het geval was.

Nu was het voor Werkspoor een prachtig object om de nieuwbouw schepen van Wijsmuller met deze motoren uit te rusten.

Boze tongen beweren wel eens dat de motoren van 1 schip gratis waren. Who Knows? In ieder geval. Er was op het moment dat de motoren besteld werden voor de nieuwbouw van Wijsmuller nog maar 1 motor in bedrijf was en dat was op Texel.

Daar was toen een elektrische centrale. En daar liepen constant monteurs uit Amsterdam.

Toen wij dan ook met de eerste motoren gingen draaien ging er van Werkspoor een monteur mee op de reis. Hij had de wereld aan invul-lijsten en andere papieren bij zich om metingen etc te doen.

Nu eerlijk gezegd is daar weinig van terecht gekomen want we hebben die eerste reizen wat af gesleuteld en vernieuwd.

De Gelderland had het geluk dat zij enkele maanden later werd opgeleverd door de werf. De Gelderland is vanuit Harlingen naar Amsterdam gesleept en daar zijn toen veranderingen aan de Hoofd motoren doorgevoerd.

Op de provincie boten was achter de machinekamer het trossenruim.
Toen de Gelderland dan ook de grote reis opging lag in de grote houten bergplaatsen voor de rekkers zowat een complete motor in onderdelen. Voeringen, zuigers, kleptuimelaars, cilinderkoppen, etc., etc. en niet in aantallen van 2 of 3 maar van 8 tot 10.

De eerste grote reis in 1964 (wij waren toen al met de Gelderland naar Nigeria geweest) naar Australie is een leerzame geweest. Een leuk voorbeeld, teneinde in het spoellucht kanaal bij de spoelpoorten te komen had men in plaats van gesloten stalen deksels nu plexiglas deksels gebruikt.
Kon je goed door heen kijken etc. er zat ook een ruitenwisser op zodat de spat-olie weggeveegd kon worden.

Als we nu brand in de spoel-lucht-ruimte kregen smolten die plexiglas deksels, dus weer terug naar de stalen deksels.
Het was eerst niet zo serieus in elke tussen-haven werd weer van alles met vliegtuig aangevlogen, vooral HD brandstofleidingen.
Met een beetje geluk kreeg je dan zo'n spuiter op de isolatie van de hete uitlaat leiding.

Gevolg was dat je stond te stikken van die vieze rook die dan ontstond.
Dat was ook zo, maar in grotere mate het geval toen een zuiger het begaf.
Je kan je eigen wel voorstellen dat zoiets tot een carter explosie leidt.

Nu stonden de motoren zo opgebouwd dat er geen carter onder de motor was, de olie liep terug in de dubbele bodem tanks. Die werden elke wacht gepeild met een peillood, bovenaan de peil-pijp had je van die zelf-sluitende afsluiters.

Alleen is het niet leuk als elke keer die kraan je peil-lint vast knijpt.
Dus laten we zo zeggen 'als die peil-buis-kranen in open stand stonden waren ze zo zelf-sluitend niet meer'.

Toen kwam de carter explosie en dus een enorme drukverhoging in de smeer olietank. En die druk kon ontsnappen door ontluchtings-pijpen maar nu ook door peil-pijpen.
 
Alles maar dan ook alles droop van de smeerolie. Wij moesten zien te voorkomen dat de zaak niet in de fik ging en hete delen zo olie-vrij mogelijk te maken.
Nee dat was geen pretje,maar we hebben het overleefd.

Jaap5